Een grijze waas is als verpakkingsmateriaal terwijl ik naar een glimp van het huis zoek dat er toch zou moeten staan. Doelgericht loop ik in de goede richting. Het pad licht zwart voor mijn ogen op en gaat spontaan over in donkerbruin. Zand voegt zich tussen het losgewrikte asfalt en neemt steeds meer de overhand naarmate ik verder loop. Nog steeds geen teken van het witte huis dat ik verwacht.

Het zal inmiddels wel verkleurd zijn naar grijs, de tijd staat gewoon nooit stil. Hoe kan ik verwachten een wit huis te zien als mijn dromen al zo oud zijn dat ze bijna oplossen in het water dat zich golvend over het zand tussen het asfalt vleidt.